Een school zonder klassen en binnenmuren?

De designer Rosan Bosch had een droom: ze wilde een schoolgebouw ontwerpen dat passie voor leren opwekt en kinderen motiveert om naar school te komen. Een schoolgebouw dat afstand neemt van het 19de-eeuwse “alle-kinderen-aan-bankjes-in-rijtjes-in-aparte-klasjes”-systeem, maar aangepast is aan hedendaagse inzichten in leren en onderwijzen. Haar ontwerp is op zijn minst gezegd grensverleggend. Of beter grensafbrekend: ze ontwierp een school zonder binnenmuren en zonder klassieke klassen. Een school waar zes verschillende ruimtes in elkaar overgaan en elk het leren op hun eigen manier dienen:

mountain

  • Mountain (berg): op de berg communiceert één persoon (bv. de leraar) met vele anderen. Dit type kan goed dienst doen voor momenten van directe instructie, waarbij de leerlingen plaats nemen op de opklimmende treden van een trap, tribune of kleine cinema.
  • Cave (grot): in de grot is er geen communicatie. Het zijn kleine plaatsen waar leerlingen geconcentreerd kunnen werken, soms met zicht op anderen, soms ook helemaal afgesloten van anderen. De leerlingen kunnen zitten, liggen, staan, met een laptop of werkboek op de schoot of op een tafel.
  • Campfire (kampvuur):  hier werken leerlingen samen in groep. Ze discussiëren, overleggen, brainstormen en brengen aan elkaar (en aan de leraar) verslag uit.
  • Watering hole (drinkplaats): dit is een open ruimte, waar leerlingen elkaar (en de leraren) spontaan kunnen ontmoeten, zich flexibel van het ene groepje naar het andere kunnen bewegen en ontdekken wat anderen aan het leren zijn.
  • Hands on (doen): Dit zijn ruimtes waar leerlingen al doende leren met hun hele lichaam: waar ze bijvoorbeeld wetenschappelijke proeven kunnen uitvoeren of technologische ontwerpen kunnen maken en uitproberen.
  • Movement: dit zijn ruimtes waar leerlingen bewegen en hun fysieke paraatheid scherphouden, maar ook al sportend en spelend tot leren komen.

bosch1  bosch2

Bosch benadrukt dat dit revolutionaire gebruik van schoolruimte geen doel op zich is. Het gebruik van de ruimte moet afgestemd zijn op “pedagogie” (de pedagogische visie van het schoolteam) en “organisatie” (de planmatige en gestructureerde wijze waarop het team al haar menselijke en materiële beschikbare middelen inzet). Het is dus ook niet de bedoeling dat de leerlingen zomaar wat rondhangen en rondlummelen doorheen de open ruimtes: neen, ze worden aan het werken, denken en interageren gezet met uitdagende, boeiende, betekenisvolle opdrachten.  Ze moeten ook heldere afspraken maken over het gebruik van de ruimtes (in de movement ruimtes mag je hardop nadenken en lawaai maken, in de caves niet).

Bosch maakt zich sterk dat haar open ruimtes de ontwikkeling van 21ste-eeuwse sleutelcompetenties als samenwerken en creatief denken bevorderen. Doordat leerlingen zich vrij doorheen de fysieke ruimtes kunnen bewegen, voelt hun geest zich ook vrijer. Tegenover de soms verstikkende greep van een vast uurrooster en afgesloten klaslokalen (“nu, tussen 9.20u en 10.10u moet iedereen klassikaal deze aardrijkskundige inzichten opdoen in hetzelfde tempo en aan de hand van dezelfde instructie”), zet Bosch een flexibele verdeling van leerlingen met hun eigen ondersteuningsbehoeften over de verschillende ruimtes. Instructie, individueel werk en groepswerken wisselen elkaar af in een tempo dat niet door de klok, maar door de dynamiek van leerprocessen wordt aangestuurd. Ze hoopt ook leerlingen meer kansen krijgen om van heel veel verschillende leerlingen (ook van andere leeftijden) te leren, en zelfreguleringsvaardigheden te ontwikkelen doordat ze hun lijf en geest vlotter van een groepsdiscussie naar een korte, geconcentreerde, individuele sessie kunnen verplaatsen. De ruimte wordt zo mogelijks “de derde leraar”. Verder hoopt ze dat haar ruimtes ook de kans verhogen dat leraren hun collega’s letterlijk tegen het lijf lopen, om zo tot samenwerking en gezamenlijke deskundigheidsbevordering te komen.

Het is niet de bedoeling dat de schoolgebouwen die Bosch ontwierp klakkeloos gekopieerd worden. Een schooldesign moet schooleigen moet zijn en kan dus niet van bovenuit kan worden opgedrongen. Maar haar ideeën en ontwerpen kunnen schoolteams wel aanzetten om fundamenteel te reflecteren over de impact van het gebruik van ruimte op leerprocessen.

Sitting trapped in a classroom is not a good way to learn. For the 21st century, we need school design that empowers learners to learn how to learn. That makes going to school an exciting adventure full of creative problem-solving and critical thinking. We need to get rid of the classrooms and build schools that support us as creative thinkers.” (Rosan Bosch, 2018, in het boek “Designing for a better world starts at school”.)

Meer horen?

https://www.youtube.com/watch?v=q5mpeEa_VZo

2 gedachten over “Een school zonder klassen en binnenmuren?

  1. Blij dat ik de verschillende ruimtes hier nog eens op een rijtje zie. Hopelijk komt de Klasse-video hierover ook online. Ik vond het inspirerend om te zien hoe je met het concept van de ‘mountain’ ook kleinere ruimtes slimmer kunt inrichten, en zo makkelijker kunt differentiëren in je les. Mijn pedagogische wensen voor volgend jaar? Ik wil een klas met een ‘berg’!

  2. Mooie blog, Kris!
    Een school mag groot zijn, maar moet kleinschaligheid uitstralen. Gebouwd vanuit de gebruiker. Een goestinggevend leerpark. Meer bedacht vanuit volume dan met bouwblokjes bouwen we leerzones met veel mogelijkheden tot interactie tussen leerlingen en leerkrachten. Onderwijs van de toekomst is het organiseren van de verbinding. Structuren en systemen vloeien voort uit een gedragen visie. Begin dus bij een goestinggevende visie.
    https://yvesdemaertelaere.com/2018/07/09/van-klaslokaal-naar-leerzone/
    @YDemaertelaere

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s