7 didactische adviezen over de heropening van de scholen

Als de scholen in mei weer zouden opengaan – zelfs als dat aanvankelijk in gespreide slagorde is –  hoe worden de  resterende schooldagen dan het best ingevuld? Business as usual? I don’t think so. Hieronder neem ik de vrijheid om 7 adviezen te formuleren aan het onderwijsveld, met dank aan de ziekenhuizen voor de inspiratie.

  1. Focus op de essentie

Kijk naar de ziekenhuizen: hun reactie op de coronacrisis is ronduit indrukwekkend. Het ziekenhuispersoneel deed wat broodnodig was: focussen op de essentie en de eigen werking resoluut bijsturen om krachtdadig in te spelen op uitzonderlijke omstandigheden. Dat is precies wat schoolteams bij heropening ook best doen. Focus op de essentie: bepaal samen als team welke kennis, vaardigheden en attitudes écht cruciaal zijn om voor de zomervakantie nog aan te brengen, in te oefenen en uit te diepen. Zet de ballast aan de kant. Niet alles wat in het handboek staat, is even belangrijk. Wees zelf de handleiding. Kiezen is winnen, deze keer.

  1. Differentieer

Stuur de manier waarop dat kerncurriculum wordt onderwezen resoluut bij. Ga er van uit dat sommige leerlingen tijdens de voorbije weken al hun online taken toegewijd hebben uitgevoerd en daarbij zelfs ondersteuning van hun ouders hebben gekregen, terwijl dat voor andere leerlingen helemaal niet geldt. De verschillen tussen leerlingen zijn ontegensprekelijk uitgediept. Daarom wordt differentiatie best de nieuwe standaardpraktijk, vanaf dag één na de heropening. Kijk naar de ziekenhuizen: die baseren hun behandeling van patiënten op een gedegen diagnose. Probeer dus tijdens de eerste schooldagen via observatie, gesprekken en toetsing te weten te komen waar elk van de leerlingen staat (wat hebben ze bijgeleerd? Wat hebben ze niet begrepen?). Differentieer vervolgens op basis van die evaluatie. Geef basisinstructie aan degenen die er nood aan hebben (en herhaald, indien nodig) en geef uitbreiding aan anderen. Buit de verschillen tussen leerlingen ook uit: laat leerlingen elkaar helpen in heterogene groepen, zelfs over klasgrenzen heen. De meta-analyse van Dietrichson e.a. (2017) over gelijke onderwijskansen toont aan dat coöperatief leren alle leerlingen doet groeien en de sociale kloof doet krimpen.

  1. Maak dankbaar gebruik van hulplijnen

Prioriteren en differentiëren: snel gezegd, niet makkelijk gedaan. Maak dus dankbaar gebruik van alle hulplijnen die zich aanbieden. Er staat een legertje studenten van de lerarenopleiding klaar die nog een aantal stagelessen moesten geven. Herdenk die resterende stagelessen radicaal en schakel de studenten in als tweede leerkracht in de klas om gedifferentieerd onderwijs te faciliteren: Win (voor de leerkracht), win (voor de student), win (voor de leerling). Voer peer-tutoring in. Bekijk ook wat digitale tools hebben te bieden op het vlak van differentiatie, maar vergeet daarbij niet dat het menselijke contact tussen leerkracht en leerling door geen enkele digitale tool kan geëvenaard worden. Voor een leerling is de leerkracht de allerbelangrijkste hulplijn. Heel veel leerlingen hebben dat tijdens de afgelopen weken scherp ingezien (getuige het project “de 5 vragen” (de5vragen.com)).

  1. Neem gedurfde beslissingen

Durf beslissen: voor elke goede maatregel die een schoolteam kan nemen, staan zes tegenargumenten te drummen om stokken in de wielen te steken. Veeg die van tafel in het belang van de leerling. De traditionele examenperiode van vier weken in juni met leerlingen die ’s namiddags weer thuis moeten studeren? Are you kidding?  Denk andersom: bij heropening eerst een korte evaluatieperiode van een paar dagen, dan gedifferentieerd lesgeven, voortdurend blijven evalueren hoe de leerlingen vorderen en hen gepersonaliseerde feedback geven waaruit ze verder kunnen leren. En blijven lesgeven tot 30 juni.  Door de juni-examenperiode drastisch in te korten, win je kostbare lesdagen. Wie bovendien 10 weken lang ook op woensdagnamiddag een lesaanbod voorziet, heeft 5 hele dagen (dus een volle schoolweek!) bijkomende lestijd gecreëerd. En de afstudeerders in het basis- en secundair? Test of toets datgene waarover u op dit moment nog geen zekerheid heeft. Geef leerlingen na een eventuele eerste gefaalde test uitvoerig feedback en geef hen nog voor 30 juni een tweede examenkans als compensatie voor het feit dat ze het zoveel weken zonder ‘live’ begeleiding hebben moeten stellen. Denk creatief na over hoe zomer- of alternatieve stages ook nog kunnen meetellen voor sommige leerlingen om dat diploma binnen te halen. Think outside the box: laat uw geest zijn kot uit.

  1. Lezen, lezen, lezen

Begrijpend lezen geeft zuurstof aan leren. In alle vakken moeten leerlingen begrijpend lezen om te leren. En net van een cruciale zuurstofcompetentie als begrijpend lezen is het negatieve vakantie-effect voor kwetsbare leerlingen sterk aangetoond. Bedenk dus hoe impulsen kunnen worden gegeven om alle leerlingen vanaf de heropening van de scholen, te laten lezen, lezen, lezen. Tijdens alle lesdagen, alle vakken, alle weekends, én tijdens de zomervakantie. Duw dat kwartiertje vrij lezen per schooldag er nu eindelijk door. En denk verder dan uw klasdagen nog lang en breed zijn. Push uw gemeente om een leescoördinator aan te stellen die de intensifiëring van leesbevorderingsinitiatieven in de bib, op speelpleinen, tijdens zomerscholen, van mei tot december een turboboost geeft. Organiseer met vrijwilligers een zomerleesschool of een leesclub voor de zwakke lezers in uw school.

  1. Werk samen!

De vereende krachten die nodig zijn in een ziekenhuis, en in een hele samenleving, om een coronacrisis te overwinnen, zijn ook broodnodig in het onderwijs om de corona-aanslag op leerwinst in te perken. Leraren doen er nu, meer dan ooit, goed aan om samen te werken, van elkaar te leren, bij elkaar inspiratie te gaan halen, samen activiteiten uit te werken en samen voor de klas te staan. Schoolteams doen er goed aan om samen, over alle vakken heen, de prioriteiten in het lespakket te bepalen, en om samen een plan voor de langere toekomst, voorbij de zomervakantie van 2020, uit te stippelen. Als er één ding is dat de coronacrisis ons leert, is het dat we samen veel sterker staan.

  1. Blijf optimistisch

Dit is geen verloren schooljaar. We zaten al in maart, dus de leerlingen hadden al veel geleerd. Bovendien hebben ze ook heel veel geleerd tijdens de afgelopen weken: over virussen, crisissen, sociale relaties, overleven, digitale tools. Veel leerlingen hebben hun creatieve vermogens kunnen botvieren en ontwikkelen. En er is nog tijd. Er is voor de grote meerderheid van de leerlingen nog heel veel tijd om die 25 of 30 verloren schooldagen goed te maken. Er is nog tijd om leerlingen volgend schooljaar en de jaren daarna te laten bijbenen, inhalen, voorthollen. Vooral als die tijd goed besteed wordt. Als de zorg in de school geoptimaliseerd wordt. Als de lessen die deze crisis biedt nog lang blijven nazinderen. Als de competenties die lerarenteams nu opbouwen rond digitaliseren, differentiëren en prioriteren, nog lang renderen. Als leraren zich evenzeer als lerenden opstellen als hun leerlingen. Als alle schoolmakers beseffen dat optimisme de basis-mindset van onderwijs is en dat kwaliteitsvol onderwijs drijft op de gezamenlijke energie, bezieling en professionaliteit van leerkrachten. Dit is dus geen verloren schooljaar. Wie dat durft te zeggen, minacht de professionele deskundigheid van onze schoolteams.

Conclusie

De coronacrisis geeft onderwijsteams een gouden kans om boven zichzelf uit te stijgen. Want, laten we het ootmoedig toegeven: prioriteren en differentiëren zijn niet de sterkste kanten van het Vlaamse onderwijs. Schoolteams vervloeken collectief het overladen curriculum, maar vinden het o zo lastig om ook maar één jota van het handboek niet aan te bieden. Het tuinhuis puilt uit, maar de oude, versleten, kapotte fiets krijgen ze niet naar het containerpark. Schoolteams weten dat niet alle leerlingen hetzelfde leren op dezelfde manier op hetzelfde moment, maar vinden het o zo lastig om minder klassikaal les te geven en meer variatie in werkvormen in te bouwen. Now is the time. Nu biedt de buitenwereld het onderwijsveld een ultieme reden om het heft in eigen handen te nemen en de zwakke plekken in het weefsel te herstellen. Nu dwingen de omstandigheden de scholen om dat te doen. En, vooral, om dat samen te doen. Grab the opportunity! Go for it!

Advertentie

3 gedachten over “7 didactische adviezen over de heropening van de scholen

  1. Alhoewel ik in heel grote mate de 7 aanbevelingen volg, mis ik bij de hulplijnen het woordje “ondersteuningsnetwerken”. We werden in deze crisis als “externen” vrij snel fysiek verbannen uit de scholen, maar kunnen op vlak van differentiatie, onderwijs op maat, teamsamenwerking, coteaching, begeleiden van stagiairs, … echt wel mee samen zoeken naar het beste onderwijs. Daarnaast hebben velen van ons nog wel contact met hun (zorg)leerlingen. Een kans op een echte samenwerking tussen ondersteuningsnetwerken en scholen?

  2. Misschien is de tijd nu wel rijp om gaan na te denken over hoe we ons onderwijs kunnen veranderen. Is de verandering niet meer onder de noemer vernieuwing maar onder de noemer noodzaak te plaatsen. Kansen te over.

  3. Ons onderwijs staat al een paar weken onder druk. Negeer nooit een probleem om de zaken eens goed onder het licht te houden. Het wordt tijd dat er grondig wordt nagedacht over hoe het nu verder moet. Ik wil graag over een aantal aspecten mijn visie geven.
    Het draaiboek om scholen te heropenen richt zich op vijf speerpunten:
    1. Veiligheid
    2. Welzijn
    3. Leren
    4. Organisatie/ communicatie
    5. Evaluatie
    Deze zijn terecht gekozen. Wanneer ik naar de verschillende doelen van de huidige school kijk, sporen die grotendeels gelijk met deze speerpunten. 1. Kinderen op een geordende manier van straat houden – 2. Welbevinden bevorderen – 3. Leren – 4. leermotivatie aanbrengen – 5. Selecteren wie best welk werk zal gaan doen – 6. Opvoeden

    De school had een vaste structuur met kalenders, roosters, klassen, vakken en leerkrachten die voor sommige dingen heel efficiënt was maar zeker niet voor alles. Een draaiboek opstellen om de terugkeer naar die oude school te faciliteren is niet te verkiezen. Een draaiboek zou ons de kans moeten bieden om te komen tot een betere school.

    Voor de veiligheid en dan vooral de gezondheid van de leerlingen, leerkrachten en ouders is het belangrijk om niet alle kinderen ineens naar school te sturen want daardoor zouden ze te dicht op elkaar zitten en zou de kans vergroten dat zij elkaar zouden besmetten. Voor de veiligheid is het ook belangrijk dat de kinderen die niet naar school gaan nu niet naar elkaar trekken om daar in groep elkaar te gaan besmetten, dit gaat dan vooral voor pubers die lak hebben aan de voortdurende geboden en vooral verboden en die elkaar willen ontmoeten. Ook willen we beletten dat ouders over hun toeren geraken door opgesloten te zitten met kinderen die alsmaar drukker worden en moeilijk in het gareel te houden zijn maar die toch nog moeten geleid worden. Kinderen die geen afdoende dag-opvulling hebben met wat de school via afstand hun aanbiedt. Voor de veiligheid lijkt hem me dan aangewezen om de leerlingen van de b-stroom zo snel mogelijk naar school te laten gaan. Zij kunnen minstens halve dagen per week in praktijkklassen aan de slag, de ene helft ’s morgens, de andere helft ’s middags met de nadruk op veiligheid en hygiëne. De begeleiding op de scholen kan zowel door de praktijkleraren als door de leraren algemene vakken. De leerkrachten algemene vakken zouden in de praktijkklas kunnen werken aan het verhogen van de algemene vaardigheden van deze leerlingen op een individuele, coachende manier. Het wederzijds respect zou hier zeker door toenemen, zowel van de leraar voor de leerling als omgekeerd en onder de leerkrachten algemene vakken en praktijkvakken. Deze aanpak kan gerust worden behouden wanneer alle lockdown-maatregelen zijn vervallen.

    Pedro De Bruyckere gaf als voorbeeld voor rekening te houden met het welzijn van de leerlingen dat leerkrachten best een klasgesprek konden hebben over de ingrijpende maatregelen, de dreiging van het coronavirus en aandacht te hebben voor het verlies dat sommige leerlingen zullen geleden hebben. De aandacht voor het welzijn ligt zeker voor een groot stuk in het luisteren naar en empathie hebben met de problemen van leerlingen. Ook tijdens de periode van thuisonderwijs hoor ik dat veel leerkrachten in het lager onderwijs en klastitularissen in het secundair onderwijs livestreamsessies houden waarin met de leerlingen van de klas gepraat wordt over hun leven. Dat is prachtig. Maar of groepsgesprekken nu ideaal zijn om emotionele problemen te bespreken lijkt me niet zo. Het is veel eenvoudiger te organiseren en uit te voeren wanneer de klastitularis individueel met leerlingen zo een gesprek zou aangaan. Het is ook belangrijk voor het welbevinden van de leerlingen dat zij elkaar spreken en zien zonder dat de leerkracht daarbij is. Oudere leerlingen kunnen dat gemakkelijk organiseren met allerlei sociale media die juist in het leven zijn geroepen om de leraar en de andere volwassenen uit te sluiten. Een derde aspect dat heel belangrijk is voor het welbevinden is het zelfbeeld van de leerling. Hieraan kan de leraar erg bijdragen door de leerlingen te helpen op een subtiele en aangepaste manier bij het leren en de leerling te laten ondervinden dat hij vooruitgang maakt.

    Voor het leren kiest men voor pre-teaching of aanloopleren om daarna de leerstof opnieuw aan te pakken in de klas in plaats van echt iets nieuws aan te pakken. Als dit gelijk staat met de voorkennis activeren dan is dit geen nieuwe leerstof. Als het wel nieuwe leerstof is dan gaat het over het geleidelijkheidsprincipe: starten met de basis vooraleer wordt overgeschakeld naar complexere toepassingen. Het is belangrijk om de leermotivatie in het oog te houden. Veel kinderen leren bijna als vanzelf zonder nood aan begeleiding en hebben leerstof nodig als voer. Andere leerlingen hebben voor het leren van de basis veel begeleiding nodig. Steeds opnieuw de basis aanbrengen op een gevarieerde en motiverende manier is nodig om het zelfbeeld van competentie van de leerling hoog te houden. Het heeft geen zin de ‘traditionele voor-iedereen- dezelfde- aanpak’ te gaan kopiëren in deze tijd. Het is niet dat met de traditionele aanpak de leerlingen zo gemotiveerd waren om te leren. De motivatie voor school kwam vooral vanuit de verbondenheid met de andere kinderen en de leraar. Hier moet zeker aan gewerkt worden. Leerlingen moeten met elkaar contact houden, elkaar zien, groepswerk van op afstand doen. Leerkrachten moeten op een eenvoudige manier leerstof aanbieden, gewoon via het handboek dat nu iedereen ter beschikking zou moeten hebben. Het digitale kanaal kan gebruikt worden voor een filmpje of om simulaties te doen, b.v. phet-simulatie voor natuurwetenschappen. De leerkracht moet vooral inzetten op individuele begeleiding met elke leerling. Voor de ene leerling betekent dit kort bekijken wat ze allemaal kunnen doen zodat de leerkracht weet wie extra ‘voer’ nodig heeft. Voor andere leerlingen moet de leraar kort overlopen wat de leerling gedaan heeft met de nieuwe leerstof en de puntjes op de i zetten. Voor sommige leerlingen zal dit betekenen met handen en voeten de nieuwe leerstof uitleggen. Dit is erg tijdsintensief. Hiervoor kunnen zeker ook studenten van de lerarenopleiding ingezet worden. Zo leren zij les geven aan één leerling en rekening houden met de voorkennis om daarop voort bouwen. Ook de aanpak van leerlingen met leerproblemen kan overgenomen worden door laatstejaarsstudenten van de lerarenopleiding. Het lijkt me niet aangewezen om ouders zonder een professionele pedagogische en inhoudelijke vooropleiding en via het toepassen van alle didactische vaardigheden hun kinderen, met of zonder leerproblemen te begeleiden.

    De communicatie met de ouders is zeker een aspect dat in deze tijd gelukkig meer aandacht kan krijgen. Ouders spenderen gemiddeld 4 à 5 uur begeleiding bij hun kind. Ze ondervinden dat hun kind iets aanleren niet altijd zo vanzelf gaat, zeker bij kinderen met leerproblemen ervaren ouders zich machteloos. Ouderbetrokkenheid is een bepalende factor in het schoolsucces van kinderen. Twee aspecten spelen hierin de hoofdrol: wederzijds respectvolle communicatie tussen ouders en school en onderwijsondersteunend gedrag van de ouders. De respectvolle communicatie tussen school en ouders in functie van de schoolloopbaan van het kind kan perfect via telefoon of WhatsApp gaan. Gesprekken voeren met alle ouders over hoe de zaken draaien zou vanuit de school georganiseerd moeten worden. Traditioneel verliep deze communicatie in één richting van de school naar de ouders via het rapport of via smartschool en vooral via cijfers over het kind, daardoor de ouders met gevoelens van ongerustheid en twijfel opzadelend. Mondeling contact opnemen met alle ouders vanuit de school laat een respectvolle wederzijdse communicatie toe. Belangrijk is daarbij dat de leerkracht meteen ook hulp geeft aan de ouders op welke manier ouders met hun kind kunnen omgaan: praten over wat ze leren maar zelf niet helpen, de zorgen van hun kind laten uiten maar hen niet controleren, een leergerichte structuur creëren op gebied van timing, beschikbaarheid van een leerruimte en het gebruik van de laptop. De vakleerkracht of titularis zou alle ouders aan de lijn moeten krijgen en liefst terwijl het kind zodat het kind het gesprek kan helpen kaderen.

    Het laatste punt van het draaiboek handelt over de evaluatie. Dat komt overeen met de selectiefunctie die het onderwijs heeft. Traditioneel begint deze selectie vanaf de eerste dag want elke toets en taak telt mee voor dagelijks werk dat opgeteld wordt met de punten van de examens om te beslissen of de leerling een A-, B- of C-attest krijgt. Een heel puntenapparaat is in het leven geroepen om toch maar te maken dat de leerling in het juiste volgende jaar terecht komt. Vaak wordt vergeten dat de leerling op school zit om te leren omdat het behalen van punten alles beheerst. Nu horen we dat in Wallonië de examens zijn afgeschaft, ook in Vlaanderen hoor je geruchten over het beperken van de examens tot bepaalde vakken maar de delibererende klassenraad is onaantastbaar. De leerkrachten moet kunnen beslissen waar die leerling volgend jaar zal terecht komen. Waarom laten we deze beslissing niet gewoon door de leerling samen met zijn ouders nemen op basis van de informatie die de school hen aanreikt. Als een leerling slecht scoort op een gestandaardiseerde test zal die ook wel inzien dat sommige richtingen minder of meer aangewezen zijn voor hem. Dan kan de school zich volledig richten op het leren van die leerling en moet de school niet voortdurend hinken op twee benen: begeleiden en beoordelen. Dit jaar gaat de klassenraad toch geen B-attesten geven wegens te weinig informatie. Ideaal om deze keuze radicaal te maken en alle aandacht aan het leren en het begeleiden ervan te geven. Misschien moet de school tijdens de onderwijstijd die nog rest verder samen zoeken met leerling en de ouders naar welke talenten de leerling nog allemaal bezit en hoe die kunnen aansluiten bij een van de mogelijke keuzes in onze onderwijsstructuur. Beter daarvoor meer tijd uit te trekken dan terug te vallen op allerlei evaluaties die vaak mis begrepen en frustrerend zullen overkomen.

    Een doel dat niet direct in het draaiboek aan bod komt is het opvoeden. De school biedt de leerlingen een opvoeding. Belangrijkste waarden die de leerlingen aangeboden krijgen zijn volgzaamheid en meelopen met de ideeën van de leerkracht en de school. Dan worden de meeste punten behaald. Leerlingen die nu thuis zijn, bepalen zelf wanneer en hoe ze gaan studeren zonder het nabije gezag van de leraar. Zij moeten veel zelfbewuster zijn, kritisch voor zichzelf, zelf keuzes maken. Dit zijn belangrijke opvoedingswaarden die we niet moeten proberen terug te schroeven in een Corona-exit-draaiboek. Met de leerlingen over hun keuzes praten lijkt me veel beter dan de keuzes terug helemaal in handen te nemen door de school.

    Hopelijk wordt het draaiboek een positief en toekomstgericht verhaal.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s