Minister Smet lanceerde gisteren het computergame “Re: Pest” voor leerlingen van het secundair onderwijs. Wie het game speelt, moet zich inleven in pestsituaties en reflecteren over de rol die hij als bijstaander of gepeste zou opnemen. Het spelen van het game maakt deel uit van een lessenreeks rond pestgedrag die leerkrachten aan de leerlingen kunnen geven om pestgedrag op school te voorkomen en aan te pakken.
Het idee komt uit Finland: De lessenreeks en het computergame maken daar (op hun beurt) deel uit van een veelomvattend programma (het KIVA-programma) dat uitermate succesvol blijkt te zijn in de bestrijding van pestgedrag. Wetenschappelijk onderzoek met experiment- en controlescholen toont aan dat het KIVA-programma werkt, en er op de experimentscholen minder pestgedrag voorkomt. De onderzoeksartikels zijn echter duidelijk: niet het game en de lessenreeks op zich, maar de totaalaanpak werkt! Hoe ziet die totaalaanpak er dan precies uit?
– Het KIVA-programma gaat ervan uit dat “bijstaanders” (dus zij die getuige zijn van pestgedrag) een cruciale rol spelen. Bijstaanders kunnen het pestgedrag aanmoedigen, negeren of bestrijden. Het is dat laatste (bestrijden) waarin het game en de lessenreeks alle leerlingen sterker probeert te maken: leren opkomen voor de gepeste, leren communiceren over pestgedrag (bijvoorbeeld naar vertrouwensleerkrachten), leren meehelpen aan een oplossing van de conflictsituatie. Pesten gaat dus niet alleen over een gepeste leerling en een pester: het is de houding en het gedrag van de omstaanders die cruciaal zijn voor de preventie én het oplossen van pestproblemen.
– Dat impliceert dat leerkrachten er meteen voor moeten zorgen dat werken met het game en de lessenreeks niet “opgesloten” wordt in een kort “project”, maar meteen doorstoot naar de realiteit van elke dag. In het KIVA-programma wordt bijvoorbeeld met de klasgroep nagedacht over dagelijkse leefregels in de klas en op de speelplaats, en wordt elk daadwerkelijk voorval van pestgedrag meteen opgevolgd zodat het geleerde in de echte praktijk kan worden omgezet.
– Binnen het schoolteam wordt een groep van minimaal 3 KIVA-leerkrachten getraind in het aanpakken van echte pestsituaties: als er zich een pestsituatie voordoet (en dit bijvoorbeeld gemeld wordt door een van de omstaanders), dan stelt zo’n expert-leerkracht samen met de klastitularis een steungroep samen.Van die steungroep maken de pester en omstaanders deel uit. Via een combinatie van individuele gesprekken en groepsdiscussies wordt ontleed waarom de pester pest en vooral welke positieve acties naar de gepeste kunnen genomen worden om het leed te verlichten. Het ontleden van de oorzaken van het pestgedrag is erg belangrijk: voor veel pesters is pesten immers een manier om iets te bekomen (prestige, zelfrespect….): het is dan ook belangrijk dat de leerkrachten zicht krijgen op mogelijkheden om de pester zich beter in zijn vel te laten voelen zonder te hoeven pesten. Het is ook cruciaal dat de omstaanders hun actieve rol in het bestrijden van pestgedrag echt opnemen, en dus mee deel uitmaken van het toewerken naar een oplossing.
– De expert-leerkrachten dragen een fluohesje tijdens bewakingsmomenten zodat ze zeer goed zichtbaar zijn en zijn ook vlot bereikbaar via het internet. Op school wordt zeer zichtbaar gemaakt (via posters aan de muren) dat de school pestgedrag wil voorkomen en dat de medewerking van iedereen daarvoor nodig is.
– Ook de ouders worden in het programma betrokken: ze worden ingelicht over de werking van het programma, over het belang van communicatie en openheid, en worden betrokken bij het oplossen van conflicsituaties.
De resultaten van het KIVA-project zijn in Finland erg hoopgevend: niet alleen daalt het volume aan pestgedrag aanzienlijk, maar bovendien stijgt het welbevinden van veel leerlingen op de school. En niet te vergeten: heel veel leerlingen zijn sociaal vaardiger geworden, weerbaarder, en sterker in het opkomen voor de zwaksten in de schoolomgeving. Heel veel leerlingen worden zich ervan bewust dat IEDEREEN betrokken partij is bij pestgedrag in je onmiddellijke omgeving. Niet reageren is toestemmen. En dat zijn duurzame lessen die leerlingen voor de rest van hun leven meedragen. Het is dus maar te verhopen dat Vlaamse schoolteams, en ook onze minister, er niet te makkelijk van uitgaan dat werken met het computergame alleen (hoe knap ook) het pestgedrag op school zal verminderen. En het is te hopen dat heel veel schoolteams de weg vinden naar het KIVA-concept:
Zie onder andere: https://www.kivaschool.nl/kiva-programma