Studenten kunnen niet meer schrijven: van anekdotiek naar onderwijsjournalistiek

In de krant De Morgen van donderdag 16 augustus stond een artikel met de welluidende titel: “Studenten kunnen niet meer schrijven”.  Aanleiding was een Twitter-bericht van een onderzoeker van de faculteit Economie van de KU Leuven.

Mijn eerste reactie was: het is weer zover. Tussen 15 augustus en begin september denkt half Vlaanderen aan het begin van het nieuwe schooljaar, en dan kan een beetje onderwijsjournalist er maar beter voor zorgen dat er elke morgen een artikel over onderwijs in de krant staat. Liefst artikels die prikkelen door lezers aan te spreken op hun buikgevoel. Een artikel over de tanende kwaliteit van het onderwijs, dat kan er altijd in. Als een journalist het slim speelt, levert dat zelfs twee artikels op: publiceer op dag 1 een smeuïg artikel dat op losse flodders en pittig Twitter-verkeer is gebaseerd, check of er enige respons op het artikel komt via sociale media, en contacteer vervolgens een paar experts die hun onderbouwde commentaar op de collectieve verontwaardiging kunnen loslaten. Publiceer die reacties op dag 2. Oftewel, van sensatiebeluste anekdotiek naar ernstige onderwijsjournalistiek. Het vervolgartikel in De Morgen op vrijdag 17 augustus oogt al een pak genuanceerder en beter onderbouwd.

Mijn tweede reactie: natuurlijk zijn er studenten die slecht schrijven. Er zijn ook proffen die slecht schrijven. Maar gaan de schrijfprestaties van jonge mensen zo significant en snel achteruit als op Twitter wordt beweerd? Daarvoor bestaan vooralsnog geen harde wetenschappelijke aanwijzingen.

Mijn derde reactie: Natuurlijk is het belangrijk dat studenten goed leren schrijven. Ik ben de eerste (al zal Raf Feys dat ongetwijfeld weer bestrijden) die zal beklemtonen dat het schrijven van heldere, samenhangende en goed gestructureerde teksten een sleutelcompetentie is die centraal moet staan in elk curriculum en elk onderwijsproject. Maar helder, samenhangend, gestructureerd schrijven, en daarbij relevante informatie selecteren en kritisch verwerken, is een complexe vaardigheid. Dat is een vaardigheid die studenten niet zomaar spontaan verwerven. Daarvoor is een doorgedreven begeleiding van het schrijfproces met veel feedback nodig (zo blijkt uit meta-analyses naar de impact van schrijfonderwijs), en die zou op elk onderwijsniveau moeten deel uitmaken van elke taalaanpak, of die zich nu communicatief noemt of niet. Maar net die begeleiding ontbreekt vaak: veel studenten schrijven weinig gestructureerd omdat de schrijfdidactiek in het basis-, secundair en hoger onderwijs zo weinig gestructureerd is….

Het schrijven van wetenschappelijke papers is al helemaal een complexe vaardigheid. Zo complex en uitdagend dat die vaardigheid zelfs niet kan verondersteld worden bij jongeren die aan het einde van het secundair onderwijs de eindtermen taal met vlag en wimpel halen. Een instelling hoger onderwijs, of het nu een hogeschool of een universiteit gaat, moet gedurende het hele onderwijstraject de ontwikkeling van academische taalvaardigheden actief ondersteunen. Het volstaat niet om het schrijven van een bachelorpaper in het programma te integreren; een doorgedreven begeleiding van studenten in het leren schrijven van dat soort papers hoort daarbij. Aan de KU Leuven loopt momenteel een taalbeleidsproject dat alle faculteiten de kans geeft om expertondersteuning op het vlak van schrijfvaardigheid (en andere aspecten van academische taalvaardigheid) binnen te halen en die te gebruiken om de eigen studenten beter te begeleiden.

In 1969 verscheen in Britse kranten een vlammend artikel waarin twee lerarenopleiders verzuchtten dat de instromende studenten niet meer konden schrijven en vreselijke spellingfouten maakten. In 1979 verscheen een gelijkaardig artikel. Dat we de schrijfvaardigheid van de vorige generatie ophemelen en die van de huidige generatie genadeloos ondergraven, is van alle tijden. Dat we veralgemenen op basis van een aantal markante gevallen ook. En dat daarmee kranten worden volgeschreven, helaas ook….

 

Advertentie

4 gedachten over “Studenten kunnen niet meer schrijven: van anekdotiek naar onderwijsjournalistiek

  1. Ben het helemaal eens met deze analyse over de zogenaamde gemankeerde schrijfdidactiek. Het is inderdaad zo dat bij het begin van elk schooljaar krantenartikels opduiken die enkel tot doel hebben om aan onderwijs-bashing te doen. Je kunt er nu al donder op zeggen dat ook in 2038 artikels zullen verschijnen die klagen over de lamentabele toestand van het onderwijs.

  2. Merci, Kris, voor alweer de juiste analyse en de vlotte pen (hoge schrijvaardigheid, veel oefenkansen en feedback gekregen?).
    Al iets van Raf Feys gehoord?

  3. Dit is op The Sausage Machine herblogden reageerde:
    Ik hoorde de “alarmbel over desastreuze vaardigheden” op HLN. Bron: De Morgen. Niet gelezen. Een oud refrein. Hoelang ken ik dit liedje al vanbuiten!? Ach, de usual eindzomerse mediawolk die voorbijdrijft… Dan besteedde ik de gewonnen tijd toch liever aan iets ZINnigers en prettiger prikkelends met taal: de Turing-test op Deepflow. Robottaal of écht? Mijn score? 1! Of dat nu goed is of slecht, dat moest ik nog eens bestuderen…

    Aanvankelijk kriebelde het wel toen ik die vette krantenkop las. Maar ik wilde er geen woorden meer aan vuilmaken. Was ik in 2007 met twee van mijn klassen Nederlands al niet in de pen geklommen (lees: een ‘edublog’ begonnen met een ‘missie’ – ja, we zagen het meteen wereldwijd groots – als levend bewijs van onze ‘vaardigheden’ in de derde graad secundair onderwijs) Met deze herblog van Kris van den Branden, pleitbezorger van duurzaam onderwijs, sla ik het thema alsnog en toch alweer op. Het bloed kruipt waar …

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s