Over racisme, onderwijs en voetbal

In de lessen esthetica kunnen leerlingen van de 3de graad secundair luisteren naar de muziek van Duke Ellington, Louis Armstrong en Ella Fitzgerald. Ze kunnen leren dat al die namen gelinkt zijn aan dezelfde periode en artistieke beweging: The Harlem Renaissance. Ze kunnen daarvan een aantal typische kenmerken leren identificeren.

In de lessen geschiedenis kunnen diezelfde leerlingen de Amerikaanse Burgeroorlog behandeld zien: ze kunnen leren over de strijd tussen de Unie en de Confederatie, een aantal belangrijke namen en gebeurtenissen van die oorlog leren kennen, te weten komen dat de Burgeroorlog eindigde in 1865 en leidde tot de afschaffing van de slavernij.

Als het daarbij blijft, dan hebben deze leerlingen twee keer op een bizarre manier naar dezelfde voetbalwedstrijd gekeken: de eerste keer, tijdens de les esthetica, zagen ze enkel de blauwe ploeg lopen (en was de rode ploeg weggevaagd), de tweede keer, tijdens de geschiedenisles, zagen ze enkel de rooien bewegen. Maar de match zagen ze niet: hoe blauw en rood door elkaar liepen, hoe ze op elkaar inspeelden, hoe de goal van de blauwe spits eigenlijk te danken was aan een jammerlijk mistasten van de rode linkerback. En dus misten ze het cruciale, levensechte, en leerrijke verband tussen de Harlem Renaissance en de Burgeroorlog. Ze hoorden het verhaal van de familie van Ella Fitzgerald niet. Ze hoorden niet dat, in de periode na de afschaffing van de slavernij, vele zwarten in het zuiden van de Verenigde Staten nog steeds als honden werden behandeld, voor landloperij werden vervolgd, onder de befaamde Jim Crow-wetten in een systeem van apartheid terechtkwamen en weinig kansen kregen om een menswaardig bestaan uit te bouwen. Zo hoorden ze dus ook niet over The Great Migration, die 6 miljoen zwarten uit pure miserie wegdreef uit het zuiden, en onder andere naar steden als New York in het noorden bracht. Zo kwamen ze dus niet te weten dat The Harlem Renaissance – en het samenkomen van zoveel artistiek talent in die wijken – in grote mate het gevolg was van de bittere nasleep van de Burgeroorlog. Zo kwamen ze dus ook niet te weten dat ook de familie van Ella Fitzgerald deel uitmaakte van The Great Migration, dat ze verhuisden van Virginia naar New York, en dat Ella in Harlem zwaar onder de indruk kwam van het gescat van Louis Armstrong. A star was born.

Om die match te zien en die geschiedenis te leren kennen, moeten leerlingen verder dan de feiten, data, namen en kenmerken kijken. Om dat te zien, moeten ze het ‘verleden’ met het ‘veel later’ verbinden. Om dat te zien, moeten ze naar mensen, zelfs naar generaties, kijken en naar hun verhalen luisteren. En dan pas kunnen ze begrijpen dat een oorlog niet gedaan is als hij gedaan is, en zwart niet alleen maar zwart is maar ook niet-wit, en dat uit de grootste ellende soms ook grote kunst en grote uitvindingen kunnen voortkomen, en dat een groots historisch feit soms veel minder ingrijpend is in het leven van echte mensen dan de titels in geschiedenisboeken suggereren, en dat een klein feit soms veel grootsere gevolgen had, en dat geschiedenis en wetenschap altijd door bepaalde mensen in een bepaalde context worden geschreven en bedreven. Dan kijken leerlingen naar het echte voetbal.

Om leerlingen het verleden en het heden – kortom het leven – beter te doen begrijpen, zullen we in ons onderwijs vaker feiten, onderwerpen, lessen, vakken en leerkrachten moeten verbinden; zullen we vaker van losse feiten naar ‘big ideas’ moeten springen; zullen we de aanzetten van de nieuwe eindtermen (die geen eindtermen voor vakken maar voor competenties zijn) moeten durven aangrijpen; zullen we de ervaringen van vandaag vaker moeten verbinden met de feiten van gisteren; zullen we de verhalen en visies van verschillende mensen moeten beluisteren en die trachten te verbinden: zullen we historische en hedendaagse feiten als veelvlakken, eerder dan punten, moeten behandelen en die vanuit verschillende perspectieven durven bekijken. In een interview met de krant De Standaard zegt Karel Van Nieuwenhuyse (vakdidacticus geschiedenis KU Leuven) dat het verrijkend kan zijn om het koloniale verleden van België (expliciet opgenomen in de nieuwe eindtermen) vanuit verschillende perspectieven te behandelen, inclusief het perspectief van de Congolese bevolking, en inclusief het perspectief van jongeren met Afrikaanse roots die vandaag in onze steden opgroeien. Dan kan er immers een verrijkende dialoog ontstaan over de link tussen het koloniale verleden van België en het racisme waarmee sommigen onder hen vandaag te maken krijgen. Dan kan onderwijs een school van, en voor, het leven worden. En van een beter leven.

Op straat kan je standbeelden met geweld neerhalen of bekladden met verf. In de klas kunnen leerlingen leren om standbeelden neer te halen of bij te kleuren met argumenten, verhalen, dialoog, redelijkheid en gezond/gevormd verstand. In het voetbalstadion worden scheidsrechters en zwarte spelers nog steeds uitgejouwd. In de klas kunnen leerlingen leren om zelf een scheidsrechter te worden: eentje die het echte voetbal ziet, en dat zorgvuldig analyseert, en dan pas deskundig oordeelt. Het Engelse woord voor voetbal is ‘soccer’. Het is etymologisch afgeleid van de oorspronkelijke naam ‘Association Football’: verbinding dus. Vereniging.

 

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s