De rat Magawa heeft de prestigieuze gouden medaille gekregen van de liefdadigheidsorganisatie PDSA. Die kreeg ze voor haar jarenlange toewijding en opoffering bij het opsporen van landmijnen in Cambodia. Magawa redde letterlijk honderden mensenlevens. Het is een krachtig verhaal dat de perfecte opstap biedt naar een natuurwetenschappelijke vraag: wat maakt het reukorgaan van sommige dieren zoveel krachtiger? En hoe worden ratten als Magawa, en honden die positieve coronabesmettingen herkennen aan menselijk zweet, afgericht? Die vraag biedt dan weer de perfecte inleiding tot het bespreken van het behaviourisme.
Verhalen zijn zo oud als de straat, maar nog steeds even krachtig als in de oudheid als didactische strategie. Verhalen zijn overigens veel meer dan leuke, inleidende opstapjes. Ze maken het abstracte concreet. Ze scheppen krachtige verbindingen tussen concrete toepassing en abstract inzicht. Niet alleen de eerste keer als we een nieuw abstract inzicht willen opbouwen, maar ook nadien als we het inzicht weer voor de geest willen halen. Dankzij verhalen vangen we kennis, en vissen die weer op uit ons volgestouwde brein. Verhalen zijn geen ‘opleukertjes’ voor leren, het zijn opladers.
En verhalen beklijven. Mensen houden van verhalen. Ze smullen ervan. Smachten ernaar. Een heel leven lang zijn mensen nieuwsgierig naar verhalen. Het merendeel van onze vrije tijd besteden we eraan, en of de verhalen in de vorm van fictie of non-fictie tot ons komen, maakt daarbij weinig uit. Verhalen maken in ons brein inlevingsprocessen los. Daardoor blijven de emoties, inzichten en levenslessen die aan verhalen zijn verbonden veel sterker hangen. Mensen kunnen verhalen ook goed begrijpen, precies omdat ze er zoveel mee in aanraking komen en de structuur ervan snel leren herkennen. Verhalen maken, letterlijk en figuurlijk, een sterke indruk op ons brein. Het is dan ook geen toeval dat veel tentoonstellingen rond de herdenking van drama’s die we nooit mogen vergeten, worden opgehangen aan de hand van echte getuigenissen en persoonlijke verhalen. Het is ook geen toeval dat sterke verhalen, ook die uit de wereldliteratuur, bijzonder goed geschikt zijn om in allerlei ontwikkelingsdomeinen – van geschiedenis en economie tot godsdienst en aardrijkskunde – abstracte inhouden sterker te laten beklijven.
De sterkste verhalen voldoen aan 5 kenmerken: Ze zijn (a) simpel, (b) onverwacht, (c) concreet, (d) geloofwaardig, en (e) beroeren ons emotioneel. Met de Engelse equivalent van die kenmerken kan je het woord “SUCCESS” vormen: Simple, Unexpected, Concrete, Credible, Emotional StorieS. Niets zo pakkend als een persoonlijk verhaal van een kind dat uitgebuit wordt in een textielfabriek om het over onevenwichtige verhoudingen in de wereldhandel te hebben.
Verhalen horen thuis in elke klas. Verhalen vertellen werkt in ELK vak, niet alleen tijdens de inleidende fase van de les, maar tijdens alle fasen, ook als huiswerk, ook als leerlingen elkaar verhalen vertellen, ook als toepassing na de abstracte uitleg: soms kan een oeroude aanpak bijzonder eigentijds zijn.
